In deze serie naar aanloop tot de Tweede Kamer verkiezingen verschenen ook:
– Dit zeggen de 5 grootste partijen over… studiekosten & onderwijs
– Dit zeggen de 5 grootste partijen over… werk, inkomen & koopkracht
Anno 2025 is een kamer vinden ontzettend lastig. Studenten slapen op banken, wonen met 8448392 huisgenoten in een huis met schimmel, of ze blijven noodgedwongen bij hun ouders wonen. De woningnood raakt iedereen, maar jongeren voelen het extra hard: huren zijn bizar hoog, koopwoningen onbereikbaar als student (en lastig als starter met studieschuld) en de wachttijd voor een kamer via studentenwoningcorporaties is nu jaren ipv maanden. Bijna elke politieke partij roept dat ze “iets gaan doen aan het woningtekort”. Maar wat bedoelen ze daar precies mee? En wat betekent dat voor jou als student of starter die droomt van een (eerste) eigen plek? Wij hebben het voor je op een rijtje gezet.
PVV
- Sociale huur verlagen & inkomensgrens voor betaalbare woningen verhogen;
- Mediapark in Hilversum moet een nieuwe woonwijk worden;
- Nationaal crisisplan voor voldoende woningen;
- Statushouders geen voorrang meer geven bij sociale huurwoningen.
Kort gezegd: minder regels, sneller bouwen, maar geen concrete plannen om specifiek studenten te helpen.
GroenLinks – Partij van de Arbeid
- Betaalbare woningen voor starters en middeninkomens;
- Voorkomen dat huizen worden gekocht door mensen die er niet zelf gaan wonen;
- Invoeren van een leegstandsheffing.
Kort gezegd: veel bouwen, betaalbaarheid, en duidelijke focus op huurders en studenten/starters.
CDA
- Invoeren van een leegstandsheffing;
- Inflatievolgend woonbeleid voor sociale huur;
- Gemeenten mogen woningdelen tot 3 personen vergunningsvrij toestaan.
Kort gezegd: beter gebruik maken van bestaande woningruimte.
VVD
- Vooral bouwen aan de randen van steden;
- Financiële bonus voor gemeenten die woningbouwrecords verbreken;
- Geen voorrangspositie voor statushouders als het gaat om wonen;
- Meer vrijheid voor verhuurders, minder huurprijsregulatie.
Kort gezegd: meer woningaanbod creëren in de hoop dat dat vanzelf zorgt voor betaalbare woningen.
D66
- Meer studentenhuizen bouwen voor mbo-, hbo- én wo-studenten;
- 10 nieuwe steden ontwikkelen waarbij rekening wordt gehouden met bestaande verkeersknooppunten;
- Woningzoekenden moeten meer te zeggen krijgen over woonplannen.
Kort gezegd: bouwen met een duidelijke meerjarenvisie, veel nadruk op bereikbaarheid, en expliciet aandacht voor studentenhuisvesting.
Wat betekent dit voor studenten?
Vrijwel iedere partij wil fors bouwen, vaak mikken ze op ≥ 100.000 huizen per jaar of een soortgelijk tempo. Ook is er een grote focus op betaalbare woningen en woningen specifiek voor starters. Om dit mogelijk te maken zijn er ook veel partijen die meer vrijheid willen geven aan gemeenten wat betreft vergunningen en regeldruk.
Veel (en snel) huizen bouwen vinden de partijen belangrijk, maar de manier waarop verschilt enorm. In hoeverre moet er bijvoorbeeld rekening worden gehouden met het milieu en duurzaamheidsdoelen? Zeker met het oog op vergunningen en bestaande regels zijn er veel verschillen tussen de partijen. Sommige willen meer vrijheid en minder vergunningsplichten en regeldruk, of dit op gemeentelijk niveau regelen ipv op landelijk niveau. Andere partijen willen het woningprobleem juist landelijk aanpakken. En waar moeten al die nieuwe woningen gebouwd worden? Bouwen in of aan de rand van bestaande dorpen/steden, of juist compleet nieuwe groeikernen ontwikkelen? Daarnaast verschilt per partij het soort woningen (sociale huur, middenhuur of koop) dat zij voornamelijk willen ontwikkelen en in welke verhouding. Als we heel kort door de bocht zijn kunnen we het volgende concluderen:
- Linkse partijen (waaronder GroenLinks-PvdA) focussen op betaalbaarheid en bescherming tegen hoge huren.
- Centrumpartijen (waaronder CDA en D66) willen regie en tempo, met ruimte voor nieuwe woonvormen en verduurzaming.
- Rechtse partijen (waaronder VVD en PVV) zetten vooral in op minder regels en meer bouwvrijheid, in de hoop dat het aanbod vanzelf de prijzen drukt.
Natuurlijk zijn er nog véél meer partijen die meedoen aan de Tweede Kamer verkiezingen eind deze maand, dus laat je ook vooral niet beperken tot deze selectie. Wellicht dat de plannen van SP, Volt, JA21, PvdD, BBB, of een andere partij nóg beter aansluiten bij jou.
Dus… waar moet je op letten?
Natuurlijk zijn er veel meer onderwerpen die belangrijk zijn om mee te nemen in je stemkeuze, maar als het specifiek gaat over de woningnood en hoe dat opgelost moet worden kun je kijken naar:
- Bouwtempo: hoe snel kunnen hun plannen echt uitgevoerd worden?
- Betaalbaarheid: hebben ze concrete ideeën om huren omlaag te brengen of studentenwoningen te bouwen?
- Woonzekerheid: word je beter beschermd als huurder, of krijgt je verhuurder juist meer vrijheid en macht?
- Toekomstperspectief: denken ze na over duurzaamheid, bereikbaarheid en nieuwe woonvormen?
- Uitvoerbaarheid: zijn de plannen goed uitgewerkt, de kosten doorgerekend, en zijn ze realistisch?
Conclusie
Iedere partij wil dus iets doen aan de woningnood, maar de manier waarop, op welke termijn, en voor wie verschilt enorm. Wat wel duidelijk is: als studenten en starters niet massaal gehoord worden, verandert er weinig! Dus verdiep je in de verschillende partijen en hun plannen, en ga 29 oktober stemmen op een partij die ook echt voor jou en je medestudenten opkomt!


1 gedachte over “Dit zeggen de 5 grootste partijen over… wonen”
Heel duidelijk welke kant jij stemt want wat je bedoelt met “wat betekent dit in het kort” is duidelijk je voorkeur te lezen.
Evelien