Waarschijnlijk ben je nog niet zoveel bezig met je pensioen, want “dat is nog zó ver weg” en “dat komt later wel”. Maar, weet je dan wel wanneer je met pensioen mag? Veel studenten hebben nog steeds het idee dat met pensioen gaan ergens rond je 65e plaats zal vinden, maar met het nieuwe pensioenakkoord zijn daar best grote veranderingen in gekomen. Voor mij is de schatting dat ik pas officieel met pensioen mag wanneer ik 69 jaar en 6 maanden ben!
Wat is “officieel” met pensioen gaan überhaupt?
In deze blog heb ik het over de leeftijd waarop je officieel met pensioen mag, maar eigenlijk zijn er twee leeftijden waar je straks als pensionado mee te maken krijgt: je AOW-leeftijd en je pensioenrichtleeftijd. Tot een paar jaar geleden waren die gelijk aan elkaar, namelijk beide 65 jaar. In het nieuwe pensioenakkoord is vastgesteld dat de AOW-leeftijd vanaf 2025 minimaal 67 jaar is, maar dat deze mee zal stijgen met de levensverwachting. Dat betekent dus dat naarmate mensen ouder worden, de AOW-leeftijd ook zal stijgen. De pensioenrichtleeftijd is momenteel 68 jaar. Door het verschil in AOW-leeftijd en pensioenrichtleeftijd zijn er momenteel mensen die een onverwacht pensioengat hebben, waarbij de hoogte van hun pensioen niet het probleem is, maar vanaf wanneer deze wordt uitgekeerd!
Wanneer mag jij met pensioen?
Op dit moment is er helaas nog geen indicatie vanuit de overheid wanneer jij als student met pensioen mag. Je AOW-leeftijd wordt namelijk pas 5 jaar voor dat je die bereikt hebt bekend gemaakt en hangt af van de resterende levensverwachting op dat moment. Nogal ingewikkeld dus! Op dit moment verwacht het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS) dat wie na 1990 geboren is een gemiddelde levensverwachting heeft van 81.4 tot 84.2 jaar. De AOW-leeftijd die daar op dit moment aan is gekoppeld is 69 jaar en 6 maanden, maar als de levensverwachting (zoals verwacht) door stijgt door medische ontwikkelingen, zal de AOW-leeftijd nog verder omhoog gaan. Je kan dus helaas niet nu al 69 jaar en 6 maanden in je agenda zetten om dan met pensioen te gaan. Je AOW-leeftijd bepaalt ook wanneer het pensioen dat je zelf hebt opgebouwd in de derde pijler uitgekeerd zal worden.
Goed om te weten: de levensverwachting die is gekoppeld aan de AOW-leeftijd wordt bepaald door de cijfers die aangeleverd worden door het CBS. De levensverwachting wordt dus niet door de politiek bepaald, maar berekend door een andere partij. Daarnaast wordt er verwacht dat de AOW-leeftijd niet zal dalen wanneer de levensverwachting daalt, dus die koppeling van de AOW-leeftijd aan onze levensverwachting kan op dit moment alleen maar in je nadeel werken.
Naast je AOW-leeftijd moet je ook rekening houden met je pensioenrichtleeftijd. Dat is namelijk het moment waarop het pensioen dat je hebt opgebouwd bij je werkgever in de tweede pijler wordt uitgekeerd. Zoals eerder gezegd is de pensioenrichtleeftijd op dit moment 68 jaar, maar net als bij de AOW-leeftijd verwacht ik dat ook de pensioenrichtleeftijd de komende decennia verder omhoog zal gaan. De pensioenrichtleeftijd wordt trouwens bepaald door de overheid en de vakbonden.
Wat betekent een hogere AOW-leeftijd voor jou?
Dat de AOW-leeftijd almaar hoger wordt heeft best wel wat impact op jouw (toegegeven, verre) toekomst. Ten eerste zal je pas op een latere leeftijd AOW-pensioen ontvangen. Dat is een basispensioen dat wordt uitgekeerd door de overheid. Momenteel is de uitkering gelijk aan 70% van het netto minimumloon voor alleenstaanden en 50% van het minimumloon voor partners. Iedereen die in Nederland heeft gewoond of gewerkt heeft hier (deels) recht op.
Ook de pensioenrichtleeftijd is hoger
Het AOW-pensioen is geen vetpot, dus de meeste mensen bouwen naast hun AOW-pensioen ook zelf (in de derde pijler) en/of via hun werkgever (in de tweede pijler) extra pensioen op. Zelfs als je genoeg pensioen zou hebben opgebouwd bij je werkgever om eerder dan de AOW-leeftijd te kunnen stoppen met werken, kan dat niet zomaar vanwege de pensioenrichtleeftijd van de derde pijler. Wel kan je gebruikmaken van het overbruggingsrecht en overgangsrecht. Door de hogere AOW-leeftijd loop je dus geld mis doordat het basispensioen later wordt uitgekeerd en daarnaast zal je zelf meer geld opzij moeten zetten als je eerder dan de AOW-leeftijd met pensioen wil om dat gat te overbruggen en de vroegpensioen boete te betalen.
Er is ook goed nieuws!
Gelukkig is er ook goed nieuws voor jonge millennials en gen z’ers die al met hun pensioen bezig zijn: die hebben namelijk nog heel erg veel jaren te gaan om hun geld aan het werk te zetten en gebruik te maken van het rente-op-rente effect. En trust me, dat wil je!
Een voorbeeld: stel dat je nu 20 bent en besluit om maandelijks €100 te gaan indexbeleggen in box 3. Je kan dan een rendement verwachten van 7.5% per jaar, er vanuit gaande dat je kosten ongeveer 0.5% zijn. Op je 65e heb je op die manier €54.000 ingelegd, maar is het bedrag op je beleggingsrekening gegroeid tot €390.683. Door het rente-op-rente effect voor je te laten werken is je inleg meer dan x7 gegaan en daar heb je zelf niet eens veel voor hoeven te doen!
Juist als je jong bent, kan je dus door met een relatief klein maandelijks bedrag te gaan indexbeleggen een hele mooie (grote!) pensioenpot opbouwen. Besluit je een wat groter bedrag in te leggen, dan wordt je pensioenpot ook significant groter. Beleg je bijvoorbeeld geen €100 per maand maar €200 per maand, dan kom je op je 65e uit op een bedrag van €716.581. En kies je in plaats van beleggen in box 3 ervoor om die €200 per maand te beleggen op een pensioenbeleggingsrekening, dan hoef je daar geen inkomsten- en vermogensrendementsbelasting over te betalen totdat je het geld uit laat keren en kom je op je 65e uit op een whopping €856.726. Meer dan genoeg om lekker luxe met pensioen van te gaan denk ik!
Conclusie
De AOW-leeftijd voor twintigers wordt op dit moment geschat op 69 jaar en 6 maanden, maar de kans is groot dat dat nog verder omhoog gaat door medische ontwikkelingen die zorgen voor een hogere levensverwachting. Daarnaast is de pensioenrichtleeftijd op dit moment 68 jaar. Dat betekent dat je ook op steeds latere leeftijd recht hebt op een AOW-uitkering en je zelf een bedrag opzij zal moeten zetten voor je pensioen als je eerder met pensioen wil. Gelukkig kan je al door een klein bedrag per maand te beleggen in indexfondsen een grote pensioenpot opbouwen door het rente-op-rente effect, zeker als je kiest voor een pensioenbeleggingsrekening waar je geen belasting over hoeft te betalen totdat je het geld uit laat keren. Hoe meer tijd je je geld geeft om te groeien, hoe harder het gaat vanwege de exponentiële natuur van het rente-op-rente effect, dus het is zeker de moeite waard om je nu al te verdiepen in je pensioen, ook al duurt het nog wel even.
Deze blog is geschreven in samenwerking met Brand New Day.
