Wat is het studentenondersteuningsfonds?
Het studentenondersteuningsfonds (ook wel bekend als ‘afstudeerfonds’, ‘profileringsfonds’ of ‘financiële ondersteuning studenten’) is bedoeld voor studenten die door bijzondere omstandigheden studievertraging op (zullen) lopen. Elke bekostigde hoger onderwijsinstelling moet deze studenten helpen, dit doen ze in de vorm van het studentenondersteuningsfonds. Bekostigde onderwijsinstellingen zijn scholen die door de overheid worden betaald om opleidingen te verzorgen. Dit zijn dus ook de scholen waar je het wettelijk collegegeld betaalt. Als je het wettelijk collegegeld betaalt, kun je er dus vanuit gaan dat jouw school zo’n fonds heeft.
Op het mbo heb je het ‘mbo-studentenfonds’, dit lijkt op het studentenondersteuningsfonds. Zo kun je er ook een bijdrage krijgen bij studievertraging, maar kun je in sommige gevallen ook (geld voor) schoolspullen krijgen. Iedere school mag zelf bepalen hoe dit eruit komt te zien, maar in elk geval geldt dat alleen BOL-studenten recht hebben op deze ondersteuning. Om te weten hoe het op jouw school zit, kun je zoeken op ‘MBO-Studentenfonds [naam van jouw school]’.
Wanneer krijg je een bijdrage uit het studentenondersteuningsfonds?
Niet iedereen heeft recht op financiële ondersteuning vanuit het studentenondersteuningsfonds. Zo moet je, terwijl je studievertraging opliep, studiefinanciering hebben ontvangen. Ook moet je op dat moment collegegeld betalen en is je studievertraging veroorzaakt door bijzondere omstandigheden. Deze bijzondere omstandigheden kan je verdelen in drie categorieën. Zo heb je bijvoorbeeld studenten in specifieke situaties (zwangerschap, functiebeperking, ziekte, familieomstandigheden of een niet-studeerbare opleiding) en toptalenten waarmee de onderwijsinstelling zich kan ‘profileren’ (vandaar ook de naam). Denk aan studerende topsporters, acteurs of kunstenaars. De andere twee categorieën zijn studenten die in een medezeggenschapsorgaan van de instelling zitten (bijvoorbeeld een centrale of facultaire studentenraad of opleidingscommissie); en bestuursleden van studentenorganisaties. Per categorie kan de bijdrage uit het fonds verschillen.
Lees ook het gratis ebook ‘Geldhacks voor Skere Studenten’!
Wanneer vraag je het studentenondersteuningsfonds aan?
Vaak heb je tot ongeveer eind december na afloop van het studiejaar waarin je studievertraging op hebt gelopen om de aanvraag in gang te zetten. In veel gevallen is de deadline eind december of januari, maar de onderwijsinstelling bepaalt dit zelf. Voorbeeld: Stel je loopt in oktober 2024 studievertraging op, dan valt dit in studiejaar 2024-2025. Bij de meeste scholen heb je dan tot ongeveer eind december 2025 om de aanvraag voor het studentenondersteuningsfonds in gang te zetten. Wanneer je studievertraging oploopt door bijzondere omstandigheden, moet je dit zo snel mogelijk melden bij een studentendecaan of studiebegeleider. Bij veel onderwijsinstellingen moet je binnen twee of drie maanden na de start van de situatie een studentendecaan of studieadviseur op jouw hogeschool of universiteit benaderen. Dit mag de onderwijsinstelling zelf bepalen, op jouw school kan dit dus anders zijn.
Hoe vraag je het studentenondersteuningsfonds aan?
Je vraagt de bijdrage uit het studentenondersteuningsfonds aan bij de universiteit of hogeschool. Vaak moet je eerst met een studentendecaan of studiebegeleider kijken naar de mogelijkheden om de studievertraging te beperken of je achterstand in te halen. Lukt dat niet of niet volledig? Dan vul je een (online) aanvraagformulier voor het fonds in. Deze kun je via je studentendecaan, studiebegeleider of het studentenportal van jouw school krijgen. Ook moet je enkele bewijsstukken meesturen ter onderbouwing. Bijvoorbeeld een verklaring van een arts, een verklaring van een bestuursperiode of in het geval van topsport een trainingsrooster. Wanneer alles ingestuurd is, krijg je vaak binnen 8-12 weken een reactie.
Zo werkt het studentenondersteuningsfonds op jouw school
Hoe de aanvraag voor het studentenondersteuningsfonds precies gaat, verschilt per universiteit of hogeschool. Het kan dus zijn dat het op jouw onderwijsinstelling net iets anders gaat. Om erachter te komen hoe jij een bijdrage uit het studentenondersteuningsfonds aan kunt vragen, kan je zoeken op ‘studentenondersteuningsfonds [naam onderwijsinstelling]’. Helaas blijkt niet alle informatie even toegankelijk, kom je er niet uit? Dan is mijn tip om naar een studentendecaan of studiebegeleider te stappen en te vragen naar dit fonds. Zij kunnen jou dan helpen om de bijdrage aan te vragen.
Lees ook het gratis ebook ‘Geldhacks voor Skere Studenten’!
Hoe hoog is de bijdrage uit het studentenondersteuningsfonds?
Hoe hoog de bijdrage uit het studentenondersteuningsfonds is, hangt af van je school en de reden dat je het aanvraagt. Op veel onderwijsinstellingen maken ze onderscheid op basis van de drie eerder genoemde categorieën.
Categorie 1: Overmachtssituaties
In het geval van specifieke situaties, zoals zwangerschap, functiebeperking of mantelzorger, kun je een bijdrage krijgen. Deze bijdrage gaat meestal om een paar honderd euro per maand. In veel gevallen krijg je het bedrag van de aanvullende beurs daar nog bovenop. Dit is alleen het geval wanneer je de aanvullende beurs kreeg toen je studievertraging opliep. Er is ook vaak een maximum aantal maanden dat je een bijdrage uit het Studentenondersteuningsfonds kunt ontvangen. Dit kan per jaar zijn, of voor je volledige studietijd bij jouw school.
Categorie 2: Medezeggenschapsraad of bestuursleden
De eerste groep studenten die hieronder valt, zijn studenten die in een medezeggenschapsraad op universitair of facultair niveau zitten, of lid zijn van de opleidingscommissie. Het verschil in bijdrage uit het Studentenondersteuningsfonds is iets groter. Bij de meeste scholen is het bedrag afhankelijk van de functie. Hoe lang je hier in aanmerking voor komt, hangt onder andere af van hoe lang je bij de medezeggenschapsraad of in het bestuur daarvan zit en welke functie je hebt. In veel gevallen is het zo dat je (afhankelijk van je functie) een bepaald aantal maanden per jaar een bijdrage ontvangt. Als je de functie korter dan een jaar vervult krijg je de bijdrage naar verhouding.
Bij studentenorganisaties denk je misschien aan een studenten- of studievereniging. Maar ook rechts- en wetswinkels, een redactie van een studentenblad, je studentensportvereniging of bijvoorbeeld een koor kunnen hieronder vallen. Per school is er een lijst met erkende studentenorganisaties. Aan deze organisaties wordt vaak een totaal aantal maanden bestuursbeurs toegekend. Deze moet verdeeld worden over alle bestuursleden die in aanmerking komen voor een bijdrage uit het Studentenondersteuningsfonds. Het bedrag per maand verschilt per school of instelling.
Categorie 3: Toptalent (sport/cultuur) en overige situaties
Je bent een toptalent wanneer je op hoog niveau jouw talent laat zien. Dit kan bijvoorbeeld een sport zijn, maar ook met muziek, dans of een andere kunst. Ook deze bijdrage is vaak een paar honderd euro per maand. Soms krijg je het bedrag van de aanvullende beurs daar nog bovenop, maar alleen het geval wanneer je de aanvullende beurs kreeg toen je studievertraging opliep. Er is ook vaak een maximum aantal maanden dat je een bijdrage uit het Studentenondersteuningsfonds kunt ontvangen. Dit kan per jaar zijn, of voor je volledige studietijd bij jouw school.
Conclusie
Het studentenondersteuningsfonds zou jou zomaar eens goed kunnen helpen als je studievertraging oploopt. Helaas blijkt dat niet alle informatie even toegankelijk is als je er zelf naar op zoek gaat. Mijn tip is daarom om, als je er zelf niet uitkomt, gewoon aan de bel te trekken bij een studieadviseur of studentendecaan. Vrijwel elke school is verplicht om een profileringsfonds te hebben, en de studieadviseur of studentendecaan kan dan gericht op zoek naar informatie die jou kan helpen.
